'Naarmate mensen langer in het verpleeghuis wonen, worden ze zorgafhankelijker'

'Naarmate mensen langer in het verpleeghuis wonen, worden ze zorgafhankelijker'

Als ergotherapeut bij Atlant is Eline Böhner gericht op de zelfredzaamheid van bewoners. Haar afstudeeronderzoek sloot daar mooi op aan: “Ik onderzocht welke factoren van invloed zijn op de ADL-zelfstandigheid bij mensen met Korsakov.” Eline stuitte op een aantal opvallende uitkomsten. 
 
De mate waarin mensen met Korsakov algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) zoals wassen, aankleden, eten en drinken kunnen uitvoeren, geeft hun mate van zelfredzaamheid aan. “Welke factoren daarop van invloed zijn, was onbekend. Dat kleine puzzelstukje, in een veel groter geheel, onderzocht ik in het kader van mijn master Evidence Based Practice.” Daarvoor maakte Eline dankbaar gebruik van de data die zij kreeg van haar collega Ineke Gerridzen, senior-onderzoeker en specialist ouderengeneeskunde bij Atlant. 
 
Mannen versus vrouwen 
“Als je cognitief ernstig aangedaan bent, heb je logischerwijs meer zorg nodig. Maar wat daarnaast bijvoorbeeld opviel, is dat bij mensen met het syndroom van Korsakov niet zozeer de leeftijd significant geassocieerd is met meer ADL-afhankelijkheid, maar de opnameduur. Dus naarmate mensen langer in een verpleeghuis wonen, worden ze zorgafhankelijker. Dat zet aan tot nadenken: houden we met z’n allen een bepaalde mate van afhankelijkheid in stand? Of treedt er gewenning op naarmate iemand langer in een verpleeghuis woont?” 
 
Bovendien zijn vrouwen zorgafhankelijker dan mannen. “Is dat omdat vrouwen meer aandacht besteden aan hun uiterlijk? Of is het een genderverschil? We weten nog niet of we met deze bevinding een verschil kunnen maken voor deze mensen, maar het roept bij mij vragen op voor een mogelijk vervolgonderzoek.” 

“Houden we met z’n allen een bepaalde mate van afhankelijkheid in stand?” 
 
Apathie is een van de kenmerkende symptomen van het syndroom van Korsakov. “Bij andere doelgroepen, zoals mensen met dementie, is apathie significant geassocieerd met meer zorgafhankelijkheid. Verrassend genoeg heb ik dat in mijn onderzoek níet kunnen vaststellen. Waar ligt dat aan? Aan de benadering die al zo is afgestemd op apathie? Vooralsnog kan ik ook daar alleen maar naar gissen.”  
 
Heb extra aandacht 
Eline ontdekte dat Korsakovbewoners met longziekte COPD een hogere mate van zelfstandigheid zouden hebben. “Dat is heel tegenstrijdig. Van iemand die kortademig en doodmoe is, verwacht je dat die hulpbehoevender is. Mensen met Korsakov houden zelf de zorg vaak af, dus het is aan zorgmedewerkers om een situatie te beoordelen. In de literatuur las ik dat het moeilijk in te schatten is hoeveel hulp iemand nodig heeft en dat het bij COPD eigenlijk altijd ónderschat wordt. Dat is iets om in je achterhoofd te houden als je werkt met mensen met Korsakov.” 
 
Eline onderstreept dat haar onderzoek een eerste inventarisatie is. “We kunnen hier geen harde conclusies aan verbinden of een manier van werken op loslaten.” Dat neemt niet weg dat dit interessante uitkomsten zijn, die op de werkvloer van pas kunnen komen.“ Heb extra aandacht voor mensen die ernstig cognitief beperkt zijn en langer dan vijf jaar in het verpleeghuis wonen, en bedenk wat je kunt doen om hen beter te laten functioneren.” 
 
Samenspel 
De vraag hoe het in het algemeen met de zelfredzaamheid van mensen met Korsakov gesteld is, is niet één, twee, drie beantwoord. “In de praktijk zie ik dat mensen zich wel erg afhankelijk opstellen, maar het is ingewikkeld om het daadwerkelijke niveau van functioneren vast te stellen. Bewoners met Korsakov houden hulp af of zijn faalangstig. Het lijkt erop dat de meeste mensen fysiek in staat zijn om een activiteit als douchen uit te voeren, maar cognitief lopen ze vast; dat is nou net het gebied in de hersenen dat is aangedaan. Het is hartstikke moeilijk voor hen om te bedenken: het is ochtend, ik moet douchen. Ik heb daar een handdoek voor nodig, en zeep. Nu moet ik opstaan en actie ondernemen. Daar hebben ze hulp bij nodig.” 
 
Eline is groot voorstander van een degelijke samenwerking tussen alle betrokken partijen. “Zorgmedewerkers, een arts en een psycholoog, maar zeker ook een ergotherapeut en een fysiotherapeut. Als alle aspecten worden belicht en het totaalplaatje helder is, kan een plan worden gemaakt: wat kunnen we nog verwachten van een bewoner? De impact van de cognitieve schade op dagelijkse activiteiten moet realistisch worden geëvalueerd. Welke activiteiten passen bij deze persoon en zijn levensverhaal, hoe moeten we deze persoon benaderen en hoe kunnen we de omgeving optimaal aanpassen? Als dat samenspel klopt, gaan mensen met het syndroom van Korsakov hoogstwaarschijnlijk beter functioneren.” 
 
Wat bewoners willen 
Ondertussen zit Eline niet stil. “Ik schrijf een onderzoeksvoorstel waarin ik eerst wil kijken naar de mening van bewoners. De informatie die iemand met Korsakov geeft is niet altijd even bruikbaar, maar dat betekent niet dat je voorbij kunt gaan aan de vraag wat hij of zij zélf wil ten aanzien van zorg en zelfredzaamheid. Het is een uitdaging om de bewoners te bevragen, vooral omdat ze door gebrek aan ziekte-inzicht soms een vertekende realiteit hebben, maar het is de moeite waard.”

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws, actuele publicaties en praktijkonderzoeken, onze bijeenkomsten en scholingsaanbod.

Abonneer je op onze maandelijkse nieuwsbrief