Ineke Gerridzen
Onderzoeker en specialist ouderengeneeskunde
Sinds haar afstuderen is Ineke al geïnteresseerd in neurologie. Na een aantal jaren in het ziekenhuis te hebben gewerkt ging ze de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde (destijds verpleeghuisarts) volgen. In 2001 begon haar loopbaan bij Atlant waar ze met de doelgroep Korsakov in aanraking kwam. Het ziektebeeld bleek dusdanig fascinerend dat haar interesse groeide en daarmee haar kennis over het ziektebeeld en de wens om onderzoek te doen. Er volgde een publicatie in het Tijdschrift voor Ouderengeneeskunde en Ineke ging met het KKC samenwerken om een grote dataverzameling op te gaan zetten over mensen met Korsakov. Wat volgde was een dossieronderzoek naar kenmerken van 556 verpleeghuisbewoners die op een Korsakov-afdeling verblijven.
“Denk aan ziektebeelden, gebruik van psychofarmaca, et cetera. Met dat onderzoek won ik de posterprijs tijdens een Verensocongres. Daarnaast won ik een beurs van Verenso. Met die prijzen op zak kon ik aan de slag bij de afdeling Ouderengeneeskunde van het VUmc, en startten we de Korsakov-studie. Op dit onderzoek ben ik in 2020 gepromoveerd. Het doel van dit onderzoek was om de groep mensen die op de Korsakov-afdelingen verblijven verder te gaan beschrijven. We hebben uitgebreid gekeken naar co-morbiditeit, gebruik van psychofarmaca, cognitief en dagelijks functioneren, gedragssymptomen en ziekte-inzicht. Ook hebben we geïnventariseerd hoe zorgmedewerkers goede zorg voor mensen met Korsakov zouden omschrijven.”
Uit het onderzoek bleek onder meer dat psychofarmaca veel meer worden voorgeschreven dan je zou verwachten op grond van de psychiatrische co-morbiditeit. “We denken dat deze medicatie ook wordt voorgeschreven om probleemgedrag te behandelen.” Verder bleek dat de verpleeghuisbewoners met Korsakov veel andere somatische en psychiatrische ziektebeelden hebben, zoals hart- en vaatziekten, COPD, depressie en psychotische verschijnselen. Ook gedragssymptomen, komen veel voor. Met name agitatie, ontremming en prikkelbaarheid werden vaak gezien. “Het interessante daarbij was dat de belasting die zorgmedewerkers ervaarden door de gedragsproblematiek relatief laag was. Dit is deels verklaarbaar doordat de verzorgenden gewend zijn om met dergelijk gedrag om te gaan, maar ook door de specifieke woonomgeving en dagbesteding die op deze Korsakov-afdelingen wordt geboden.” Er lopen inmiddels enkele nieuwe onderzoekslijnen die op Inekes onderzoek inhaken.